Het project uit 2015 / 2016
Source: Mecanoo
TU Campus, Delft
vanuit het werkveld
LIDIJA POTH
Bestuurslid en groepsdocent
MARLOUS HEIKAMP
Student Projectleider
‘Als docent ben je niet alleen begeleider, maar veel meer’
Veel studenten beslissen na ON5 welke afstudeerrichting ze gaan oppakken volgens groepsdocent Lidija Poth. Ze zegt: ‘Sommige studenten zijn zelfverzekerd, weten wat ze willen, waar ze heen gaan. Anderen zijn onzekerder. Wanneer je ze goed begeleid in het proces, zie je ze als een bloem ontpoppen. Soms ben je als docent niet alleen begeleider, maar veel meer. Je bent soms dichtbij in gesprek met studenten, ook ben je soms op een afstand aan het observeren. Zo zie je wat er gebeurt binnen een groep. Wat mij opviel was dat veel studenten die besloten hebben om Landschapsarchitectuur te studeren, dankzij hun rolbegeleiding. Daardoor merk je dat zo’n begeleiding heel belangrijk is voor de loopbaan.’
Marlous Heikamp (student Projectleider) is het hier mee eens. Zij vertelt dat je ‘voor het eerst een richting kan kiezen binnen de bachelor. Je doet eigenlijk een soort ‘test master’, je kan uitvinden of je het leuk vind om management, landschapsarchitectuur of iets anders te studeren’.
‘Hardware, Software en Orgware,
ON5 gaat in op orgware’
'Bij STIPO, waarmee ik als zelfstandige samen werk, praten we over hardware, software en orgware. Vanuit de TU wordt er hard gewerkt aan de hardware (er wordt ontworpen en gemaakt, het moet fysiek goed in elkaar zitten), het gaat ook over software (programma’s, functies en bijvoorbeeld het gebruik van de stad), maar ik merk dat je over orgware (hoe werk je samen?) relatief weinig leert. Hoe ga je coalities aan? Hoe kijk je naar de wensen en verlangens van andere partijen en stakeholders?
ON5 is goed voor hardware, software, maar vooral ook orgware. Dat vind ik het mooie aan het vak: samenwerking is hier ontzettend belangrijk!’
MATTIJS VAN 'T HOFF
Roldocent Regionaal Planoloog
SJOERD WORTELBOER
Groepsdocent
‘Studenten vormen hun eigen visie en menig over het gebied’
Wij vroegen groepsdocent Sjoerd Wortelboer naar de directe invloed van de gemeente op de studentenprojecten. Wortelboer: ‘Je wordt altijd beïnvloed door je opgave en je probeert altijd zo
goed mogelijk je best te doen voor de problematiek die in de opgave beschreven wordt. De opgave wordt geformuleerd door de gemeente dus ja, in die zin worden groepen beïnvloed door hen. Maar ik heb het gevoel dat de studenten hun eigen visie en mening vormen over het gebied. Dat vind ik ook leuk.
Het is juist goed dat ze de opdracht een beetje ruim nemen en tot een visie komen die misschien niet meteen in de gedachten van de gemeente lag toen ze die opgave besteden’.
‘ON5 zoekt het verband met de praktijk op’
‘ON5 zoekt het verband met de praktijk op, waardoor het een realiteitswaarde bevat, ook nu weer met de zone ‘A tot Z’. Dat is ook belangrijk voor de studenten en vooral heel stimulerend. Ze snappen: ‘Hey, we zijn met een opgave bezig waar de gemeente Rotterdam zelf ook nog niet helemaal uit is gekomen’. Dat is een voorbeeld van dichtbij de praktijk staan. Het spelen van verschillende rollen is ook vergelijkbaar met de praktijk, al is het in de praktijk misschien niet dat je met z’n allen aan het tekenen bent. Toch zit dat samenwerken zit er wel heel erg in.
Iets wat verschilt van de praktijk in ON5 is het werken zoals we doen. De opgave is heel praktisch ingericht, maar in de praktijk gaat het er vaak iets scherper aan toe en wordt er meer op de snede onderhandeld. Er worden veel hardere randvoorwaarden door allerlei partijen gesteld. Dat vinden onze studenten nog moeilijk. Het werken in ON5 voor de studenten is een soort verzachte vorm van de praktijk in dat opzicht. Het is een beschermde omgeving, en dat is de praktijk nu eenmaal niet.’
LEO VAN DEN BURG
Roldocent Stedenbouwkundig adviseur
De TU Delft zit te veel in haar eigen beperkingen. Er is geen goede verbinding tussen de campus en de stad. Ook zit dit groepje een ontwikkeling in het delen op social media, wat steeds vaker gebeurt.
In het plan moet de TU Delft worden verbonden met de regio. Waarna verschillende bedrijven en kennisinstituten, nationaal en internationaal, informatie kunnen delen met elkaar. Om dit te bereiken wordt allereerst de verbinding met de stad vergroot, maar wordt er onder andere ook een betere verbinding naar Rotterdam The Hague Airport (“Delft Airport” volgens dit groepje) gelegd. Waardoor de verbinding van de campus een stuk beter wordt.
Groep 2, November 2015
Tijmen Dijk, Tijmen Keijts, Sophie Kuijpers, Liesbeth Faber, Marjolein Bons, Maaike Lengton, Marc Bolier, Karianne de Wringer, Bob Hendrikx
“De TU Delft is enigszins egocentrisch, en kan het verwachtingsbeeld, welke hij internationaal creëert, niet lokaal realiseren.” Dit is de zin die het probleem van de campus volgens dit groepje samenvat.
Met de kernwoorden “verbinden en verwelkomen” wil dit groepje deze problemen oplossen. Verbinden op de manier dat de bereikbaarheid wordt verhoogd, maar ook dat de samenwerking op het gebied van kennis wordt versterkt. Verwelkomen houdt in dat de kwaliteit van het gebied wordt verhoogt en dat er meerdere doelgroepen worden aangetrokken.
Groep 6, Juli 2016
Lieke Kroese, Matthijs witting, Saskia Geerts, Terrie van den Brink, Tim Hevel, Stephan Bastiaans, Kilian Mol, Sanad Soukkari, Quirine Giesbers
Verschillend van de twee andere groepjes, zoeken de studenten in deze uitwerking naar meer interne verbinding. De campus bestaat uit drie deelgebieden, welke met elkaar moeten worden verbonden. In het noorden zijn studentenwoningen, in het midden zijn de faculteiten en in het zuiden in Technopolis, zijn de bedrijven. Deze drie gebieden hebben niet veel interactie met elkaar.
Door het Mekelpark aan te passen en te vergroenen, maar het park ook te verlengen van het centrum naar Technopolis, worden de drie delen met elkaar verbonden. Tegelijkertijd worden de functies in de drie gebieden behouden en versterkt.
Groep 14, Juli 2016
Charlie Roelse, Anne-Sophie Wouters, Maarten Jellema, Axel Beem, Sasha Lamsvelt, Djoeke Heyligers, Saskia Asselbregs, Marleen de Groot, Sybren van der Velde
Meer weten over de huidige status van de TU Campus?
De ontwikkeling van de campus ligt allesbehalve stil. Aan ideeën niet te kort en bepaalde projecten zijn ook al in aanbouw. Op de site van de Campus Development is een uitgebreid overzicht van de ontwikkelingen, zie ‘ontdek’.
Wat een opvallende ontwikkeling is geweest, is dat de TU Delft voorafgaand de plannen had om de faculteiten EWI en Bouwkunde respectievelijk te slopen en af te stoten. De studenten hebben dit in hun projecten zeer tegengewerkt. Uiteindelijk heeft de universiteit gekozen om de gebouwen, in ieder geval op korte termijn, niet meer af te stoten.
Een veelvoorkomende ingreep in de studentenprojecten was de toevoeging van extra studieruimtes. Pulse was ten tijde van de case nog niet opgeleverd en inmiddels is de ontwikkeling van een tweede, gelijksoortige studielocatie al in een gevorderde staat. Deze nieuwe locatie zal Echo heten en naast CiTG gebouwd worden.
Een langverwachte toevoeging aan de campus is de verlenging van tramlijn 19, welke de campus met het station zal verbinden, waardoor de overvolle bussen verleden tijd zijn. De reden dat deze tram keer op keer vertraagd is, heeft te maken met de elektromagnetische straling, waar zeer gevoelige onderzoeken kunnen worden beïnvloed. Dit soort tegenslagen horen ook bij gebiedsontwikkeling.